|
||||||||
Dit is het tweede album van dit trio, hun debuut met de titel van hun nieuwe groepsnaam verscheen in 2018. Het trio begon in 2016 op de oktober meeting 2016 in het BIM huis in Amsterdam, dat was ook de entree van pianiste Kaja Draksler, Sloveense van geboorte en woonachtig in Amsterdam. Voor die tijd vormden de Duitser Christian Lillinger (drs) en de Zweed Petter Eldh (bs) de ritme tandem van het befaamde free-jazz quartet Amok Amor. Zoals verwacht kan worden met deze bezetting is dit geen standaard piano trio, Draksler maakt bijvoorbeeld gebruik van twee verschillend gestemde piano’s, er zijn invloeden uit de hip hop en de geluiden worden elektronisch gemanipuleerd waardoor verschillende muzikale lagen over elkaar heen klinken. Allesbehalve dus makkelijk te beluisteren muziek, maar wel intrigerend en uitdagend. De naam van het trio verklaart zich als volgt: punkt in het Zweeds staat voor stip of punt, een gezichtspunt en een muzikale verklaring dus, Vrt betekent tuin in het Sloveens, waar de muzikale ideeën zijn geplant en gecultiveerd en het Duitse plastic staat voor een geluidsvisie, een plasticiteit van muzikale vormen en structuren. De cd hoes met een foto van een duingebied met strand met dreigende betonnen bunkers scheefgezakt in het landschap en in de schaduw van het oorlogsmeubilair ook strandgasten die genieten van hun dag, dat geeft misschien wel de discrepantie aan van het beeld. De nummers zijn geschreven door de drie musici, Lillinger met 7, Draksler met 4 en Eldh met 2, maar vooraf uitgestippelde composities en spontane improvisaties lopen zoals gebruikelijk in moderne jazz door elkaar. “Punkt.Vrt.Plastik have an amazing sound and a unique vision” schrijft de Engelse avant-garde pianist Alexander Hawkins in het cd boekje. De muziek laat over elkaar heen duikelende pianonoten horen begeleid door korte drumroffels en heftig aangezette baslijnen. Na de op het eerste gehoor chaotische klanken duikt er na herhaalde beluistering toch een patroon op waardoor de muziek toch uitermate spannend en uitdagend wordt. Er duiken ook hier en daar patronen op uit de minimal music, misschien onbedoeld maar de herhaalde muziekpatronen schieten hier veelal hun doel voorbij, ze doen eerder denken aan een beschadiging van de cd dan aan een interessante verrijking van de muziek. Gelukkig staan daar de verschuivende pianopartijen tegenover die door de overdubs juist zorgen voor de nodige spanning in de muziek. Om de machinale uitstraling die de muziek hier en daar laat horen zijn er bewust kleine onderbrekingen aanwezig om toch ervoor te zorgen dat het gaat om menselijke muziek, zoals een onopzettelijke vocale interruptie die eraan herinnert dat het ondanks overdubs en andere technische zaken toch vooral muziek blijft die bedacht en gemaakt werd door mensen. De muziek vereist meerdere beluisteringen maar daarna werpt dat vrucht af en wordt je wel degelijk gegrepen door dit album. Jan van Leersum. |
||||||||
|
||||||||